14

Het was op het eerste gezicht een beetje vreemde man. Kaal hoofd, stevig gebouwd, beetje zenuwachtig en soms wat verstrooid. Hij liep vaak weken lang in dezelfde kleren en rook daardoor wat muf. Meester Cees, leraar economie derde klas middelbare school. ‘Economisch denken’ heette het dikke boek dat we moesten doorworstelen. Het leek op het eerste gezicht maar droge, taaie stof. Maar niet in de klas bij meester Cees. Want hij las NRC. En elke week nam hij weer een artikel mee onder zijn arm waarmee hij die droge en taaie stof met veel enthousiasme tot leven wekte.


Het duurde niet lang voordat hij ons uitdaagde om zelf de kranten door te spitten. Mijn ouders lazen Trouw en dus ging mijn zakgeld vanaf dat moment niet meer op aan muziek of computergames maar aan de economie-katernen van NRC. Die las meester Cees immers ook. Hij leerde me dat gedragingen van mensen vaak economisch gestuurd of anderszins verklaarbaar of voorspelbaar zijn. Maar vooral ook: kritisch te kijken, zelfstandig na te denken en te vertrouwen op eigen oordelen. Eén van zijn uitspraken die me altijd is bijgebleven: “Er zijn leugens. Er zijn grove leugens. Én er is statistiek.”


Drie jaar later schreef ik me in voor de studie

bedrijfseconomie aan de Erasmus Universiteit.