
Niets doen is soms beter dan iets doen
dinsdag 14 augustus 2012
Groot was onze verbazing toen we het nestje ontdekten. Vlak boven de voordeur, tussen de takken van de blauwe regen die onstuimig tegen de muur van onze voorgevel opklom. De eigenhandig gemaakte zwaluwpannen op het dak hielden we al jaren in de gaten, maar bleven tot nu toe leeg. En plots besloot een
Merelfamilie zich op deze onwaarschijnlijke plek bij ons te vestigen. Verrast en verbaasd keken mijn vrouw en ik elkaar aan.
Eerst vloog het vrouwtje ijverig af en aan met takjes en mos. Toen werd het stil. Als we langs de muur omhoog keken, zagen we haar staart uit het nest steken. Zat ze nu te broeden? Instinctief sloten we de voordeur vanaf dat moment heel zachtjes dicht, om de aanstaande moeder zo min mogelijk te storen. Vlak na terugkomst van vakantie kwam de beloning: piepende geluidjes drongen door tot in de badkamer. Vader en moeder Merel vlogen vanaf dat moment af en aan met rupsen en ander insectenvoer. Die toewijding! Ontroerend om van zo dichtbij mee te maken.
Afgelopen vrijdag, het was avond. Bedtijd voor zoonlief. Trap op. Maar wat was dat? Door het openstaande raam van de slaapkamer klonk een enorm kabaal naast ons huis. Vader en moeder Merel waren in alle staten. Wat was er aan de hand? Snel liep ik naar beneden. Buurvrouw Gonnie hield een kuiken in haar handen. De conclusie was snel getrokken: uit het nest gevallen. Wat te doen?
We besloten dat het diertje zo snel mogelijk terug het nest in moest. Ik haastte me naar de schuur om een ladder te halen. Het nest bleek bij nadere inspectie gehavend en leeg te zijn. Direct kwam een andere nieuwsgierige straatbewoner aansnellen met stro en watten. Provisorisch herstelden we de schade en plaatsten we het kuiken terug in het nest. Tot twee keer toe, want het bleef maar uit het nest kukelen.
Tevreden gingen we slapen. We hadden immers het leven van een kuiken gered!
De volgende morgen was de halve straat in rep en roer: maar liefst vier kuikens waggelden rond ons huis. Een van de straatbewoners had gelijk de dierenambulance gebeld. Door alle commotie renden de kuikens allemaal een andere kant op. Twee vlogen de straat over, een bleef doodstil zitten en een verstopte zich achter een emmer. Het gekrijs van de ouders was oorverdovend.
Wat bleek? Merels zijn zogenaamde ‘nestvlieders’. Zodra ze veren hebben springen ze uit het nest en worden ze nog 2 tot 3 weken op de grond verzorgd door hun ouders tot ze kunnen vliegen. Onze (over)bezorgdheid had meer kwaad dan goed gedaan! Onze betrokkenheid won het van ons gebrek aan kennis. Geen moment hadden we ons in de natuur van de vogel verdiept. We handelden volstrekt vanuit wat wij dachten dat goed was.
De parallel met het advieswerk en het werk in de zorg is snel te trekken. Ook als adviseur en procesbegeleider handel ik vaak op intuïtie. Ik doe dan al snel teveel. ‘Op de handen zitten’ na een korte interventie is niet zelden de beste manier om mensen zelf iets te laten ervaren, iets te leren en zich verantwoordelijk te maken voor een verandering. En ik realiseer me dat ik wel heel gemakkelijk oordeel over zorgverleners die in mijn ogen te weinig luisteren naar de wensen van patiënten. Makkelijk gezegd, vanaf de zijlijn. Maar doe ik vaak niet hetzelfde voor mijn klanten?
Soms is niets doen beter dan iets doen. Hoewel… ik hou de kat voorlopig maar even binnen.